Op de internetsite van de Belastingdienst staat vanaf 17 oktober 2019 een nieuwe versie van het online Handboek Loonheffingen 2019.
1. Paragraaf 4.12.1
Bij bepalen wat tot loon hoort is een toelichting toegevoegd over hoe om te gaan met verzendkosten bij kleine geschenken.
2. Paragraaf 6.2.1
Aan de paragraaf is toegevoegd dat de werkgeversheffing Zvw van 6,95% ook van toepassing is op uitkeringen op grond van een regeling voor vervroegd uittreden (RVU-uitkeringen) die kwalificeren als loon uit tegenwoordige arbeid.
3. Paragraaf 6.2.2
Aan de paragraaf is toegevoegd dat de bijdrage Zvw van 5,70% ingehouden moet worden op (pre)pensioenuitkeringen en RVU-uitkeringen die kwalificeren als loon uit vroegere arbeid, zoals FLO-uitkeringen vanaf de 25e maand dat u deze betaalt.
4. Paragraaf 10
De lijst met gegevens die vermeld worden op de loonstrook is aangepast.
5. Paragraaf 13.3
De verplichting dat adresgegevens op de jaaropgave vermeld moeten worden is verwijderd.
6. Paragraaf 26.1.1
Bij overname van een onderneming is het woord ‘meestal’ toegevoegd aan de zin: ‘Bij een doorstart of overname na een faillissement is er meestal geen sprake van overname van een onderneming.’
De pdf van het handboek of de online versie vindt u op belastingdienst.nl.
Wettelijk minimumloon 2020
WAB wijzigingen voor 2020
Algemene heffingskorting omhoog 2020
Fiscale bijtelling auto 2020
Wijzigingen voor de loonheffingen 2020
Premies WGA en ZW 2020
IBAN-regels per 2020?
LIV en jeugd-LIV wijzigen in 2020
Het LIV is een tegemoetkoming in de loonkosten voor werkgevers die werknemers in dienst hebben met een laag loon. Hierdoor dalen de loonkosten voor de werkgever.
Het LIV is ingegaan op 1 januari 2017. Het vaststellen van deze tegemoetkoming is in 2018 gestart. UWV heeft op basis van de loonaangiften over 2017 berekend voor welke werknemers een werkgever recht heeft op het LIV.
De Belastingdienst heeft inmiddels de definitieve berekeningen van het lage-inkomensvoordeel (LIV) over 2017 verstuurd (uiterlijk 21 juli 2018 bezorgd).
In de beschikking staat het LIV-bedrag dat de Belastingdienst gaat uitbetalen. Dat bedrag is gebaseerd op de definitieve berekening, die als bijlage bij de beschikking zit. De uitbetaling vindt plaats binnen zes weken na de datum van de definitieve berekening.
Het jeugd-LIV is een tegemoetkoming voor werkgevers omdat het minimumjeugdloon voor jongeren van 18 tot en met 21 jaar per 1 juli 2017 is verhoogd. Het vaststellen van deze tegemoetkoming is begonnen in 2019.
Een werkgever heeft recht op het jeugd-LIV voor elke werknemer die voldoet aan de volgende drie voorwaarden:
Per 1 januari 2020 veranderen deze regels.
De leeftijd van de werknemer op 31 december 2017 bepaalt het bedrag dat de werkgever over 2018 per verloond uur krijgt. Is de werknemer op 31 december 2017 19 jaar? Dan krijgt de werkgever over het jaar 2018 € 0,28 per verloond uur. Maar als de werknemer op 1 januari 2018 19 jaar wordt, krijgt de werkgever over 2018 € 0,23 per verloond uur.
Leeftijd op 31 december 2017 | Jeugd-LIV per werknemer per verloond uur | Maximale jeugd-LIV per werknemer per jaar |
18 jaar | € 0,23 | € 478,40 |
19 jaar | € 0,28 | € 582,40 |
20 jaar | € 1,02 | € 2.121,60 |
21 jaar | € 1,58 | € 3.286,40 |
Leeftijd op 31 december 2018 | Jeugd-LIV per werknemer per verloond uur (2019) | Maximale jeugd-LIV per werknemer per jaar (2019) |
---|---|---|
18 jaar | € 0,13 | € 270,40 |
19 jaar | € 0,16 | € 332,80 |
20 jaar | € 0,59 | € 1.227,20 |
21 jaar | € 0,91 | € 1.892,80 |
De werknemer moet wel aan alle voorwaarden van de doelgroep voldoen en een doelgroepverklaring LKV bij UWV aanvragen. Om het LKV te ontvangen heeft de werkgever een kopie van de doelgroepverklaring LKV van de werknemer nodig.
Doelgroepen LKV | Maximaal LKV |
Oudere werknemers (56 jaar en ouder) | € 3,05 per verloond uur en maximaal € 6.000 per kalenderjaar. Dit kan maximaal 3 jaar. |
Arbeidsbeperkte werknemers die nieuw in dienst komen | € 3,05 per verloond uur en maximaal € 6.000 per kalenderjaar. Dit kan maximaal 3 jaar. |
Werknemers uit de doelgroep van de banenafspraak en scholingsbelemmerden | € 1,01 per verloond uur en maximaal € 2.000 per kalenderjaar. Dit kan maximaal 3 jaar. |
Arbeidsbeperkte werknemers die herplaatst worden | € 3,05 per verloond uur en maximaal € 6.000 per kalenderjaar. Dit kan maximaal 1 jaar. |
Het LKV is een regeling die is ingegaan op 1 januari 2018. Pas als u de kopie van de doelgroepverklaring LKV heeft ontvangen, kunt u in de loonaangifte de indicatie voor de premiekortingen LKV op ‘ja’ zetten. UWV berekent op basis van de loonaangiften over 2018 voor welke werknemers de werkgever recht heeft op het LKV.
Het LKV wordt binnen 6 weken na de datum van de definitieve berekening door de Belastingdienst aan de werkgever betaald.
Verloonde uren zijn de uren die in het contract van de werknemer staan, dus ook de uren die hij ziek was en verlof had. Ook betaald meerwerk en overwerk vallen onder verloonde uren. Zorg er daarom voor dat u in de loonaangifte de verloonde uren goed invult. Als u geen verloonde uren opgeeft in de loonaangifte, kan UWV het gemiddelde uurloon niet berekenen.
Bron:UWV
De Rijksoverheid heeft onlangs de 6de versie een nieuwste versie van het “Kennisdocument Wtl” gepubliceerd.
De Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl) bestaat uit 3 tegemoetkomingen voor werkgevers. De wet heeft als doel om werknemers met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt in dienst te nemen of te houden. De Wtl vervangt de premiekortingen arbeidsgehandicapte werknemer en oudere werknemer door het loonkostenvoordeel (LKV) voor deze groepen. Daarnaast bestaat de Wtl uit het lage-inkomensvoordeel (LIV) en het jeugd-LIV.
Verder is de paragraaf ‘Voorwaarden LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer’ op bladzijde 15 aangepast.(zie hier)
U vindt het Kennisdocument Wtl op rijksoverheid.nl.
In de beschikking staat het bedrag dat de werkgever zal ontvangen voor de loonkostenvoordelen, het lage-inkomensvoordeel (LIV) en het jeugd-LIV. Dit bedrag is gebaseerd op de definitieve berekening. Binnen 6 weken na dagtekening van de beschikking betaalt de Belastingdienst het bedrag uit. Dit is uiterlijk 12 september 2019.
Denkt u dat de beschikking niet juist is? Controleer dan eerst of dit komt door afrondingsverschillen. Hiervoor vergelijkt u de beschikking met de verloonde uren uit de aangiften loonheffingen. U vergelijkt de beschikking dus niet met de uren uit de loonadministratie. In de aangiften loonheffingen zijn de uren namelijk afgerond op hele uren. Op basis hiervan berekent UWV de tegemoetkomingen Wtl.
Als u het niet eens bent met de beschikking, kunt u bezwaar maken bij de Belastingdienst. In de beschikking vindt u het adres en wanneer het bezwaar uiterlijk bij de Belastingdienst binnen moet zijn.
Correctieberichten na 1 mei 2019 neemt UWV niet mee in de definitieve berekening. De gegevens uit de correctieberichten worden wel opgenomen in de polisadministratie. U bent nog steeds verplicht om een fout te herstellen door de aangifte te corrigeren.
Bron: Belastingdienst.nl
Als compensatie voor de werkgevers voor de extra loonkosten, is per 1 januari 2019 al het jeugd-LIV ingevoerd. U komt alleen in aanmerking voor het lage inkomensvoordeel als de jongeren ten minste het minimumloon verdienen dat geldt voor hun leeftijd, maar niet meer dan het wettelijk minimumloon dan dat geldt voor de leeftijdsklasse boven hen. Kort gezegd: een 15-jarige mag niet meer verdienen dan een 16-jarige in dezelfde functie als u in aanmerking wil komen voor de jeugd-LIV.
Omdat 21-jarigen geen minimumjeugdloon ontvangen, maar het volwassen minimumloon, komt zij ook niet in aanmerking voor het jeugd-LIV. Voor 21-jarigen kunt u natuurlijk wel het gewone LIV aanvragen, maar alleen als zij 1.248 verloonde uren bij uw organisatie werken.
Er zijn 4 voorwaarden waar de werknemer aan moet voldoen om in aanmerking te komen voor het LIV:
Als u voor een werknemer recht heeft op het LIV en het LKV, dan wordt alleen de hoogste tegemoetkoming betaald. Zijn de bedragen van het LIV en het LKV even hoog, dan wordt alleen het LKV betaald.
De voorwaarden voor het jeugd-LIV liggen net even anders. Medewerkers hebben recht op jeugd-LIV als: