Vanwege de coronacrisis is er een nieuwe regeling: de Tijdelijke Overbruggingsregeling voor Flexibele Arbeidskrachten (TOFA). De TOFA is bedoeld voor flexwerkers die minimaal de helft van hun inkomsten zijn kwijtgeraakt en die geen uitkering kunnen krijgen. Dit zijn bijvoorbeeld werknemers met een nul-urencontract, uitzendkrachten en studenten met een bijbaan.
Wie voldoet aan de voorwaarden voor de regeling krijgt een eenmalige tegemoetkoming van € 1.650 bruto. Dat is € 550 bruto per maand voor de periode maart, april en mei 2020. Lees meer over de voorwaarden voor de tegemoetkoming TOFA of bekijk of u een tegemoetkoming kunt krijgen.
Heeft u na het lezen van de informatie op deze pagina nog vragen over de TOFA? Neem dan contact op met de UWV. Onze contactgegevens vindt u op ‘Service & contact’. Houd uw burgerservicenummer (BSN) bij de hand bij aanvraag.
Om de tegemoetkoming TOFA te krijgen, moet u aan al deze voorwaarden voldoen:
Alle inkomsten waarover u belastingen en sociale verzekeringspremies betaalt, tellen mee voor uw sv-loon. Meer informatie vindt u bij Wat is sv-loon? en Waar vind ik het sv-loon op mijn loonstrook?
U kunt geen tegemoetkoming TOFA krijgen als u over april 2020 1 of meer van deze uitkeringen of tegemoetkomingen ontving: bijstandsuitkering, Bbz, TOZO, WW, Ziektewet-uitkering, WIA, WAO, WAZ, Wajong, Anw, IOAZ, IOAW, IOW, een uitkering van een buitenlandse uitkeringsorganisatie.
Voordat u de tegemoetkoming TOFA gaat aanvragen, is het belangrijk om te weten of u aan de voorwaarden voldoet.
Weet u al dat u aan de voorwaarden voldoet? Dan kunt u de tegemoetkoming TOFA aanvragen met het formulier ‘Aanvragen tegemoetkoming TOFA’. Hiervoor heeft u uw DigiD nodig. U heeft 3 weken de tijd om uw aanvraag in te dienen: van maandag 22 juni tot en met zondag 12 juli 2020.
U voldoet aan de voorwaarden, ga meteen naar het aanvraagformulier.
In de meeste gevallen zal de vakantiekracht het minimum jeugdloon dat geldt voor zijn of haar leeftijd ontvangen. Binnen Nederland is dat een percentage van het minimumloon, variërend van 30 procent voor 15-jarigen tot 80 procent voor 20-jarigen. Vanaf 21 jaar geldt het normale minimumloon.
15 jaar | 16 jaar | 17 jaar | 18 jaar | 19 jaar | 20 jaar | |
Loon per maand | 490,70 | 564,30 | 646,05 | 817,80 | 981,35 | 1308,5 |
Loon per week | 113,25 | 130,20 | 149,10 | 188,75 | 226,45 | 301,95 |
Loon per dag | 22,65 | 26,04 | 29,82 | 37,75 | 45,29 | 60,39 |
Loon per uur | 2,84 | 3,26 | 3,73 | 4,72 | 5,66 | 7,55 |
Dat betekent ook dat er voor 13- en 14-jarigen geen wettelijk minimumloon geldt. Aanvankelijk werd in rechtspraak bepaald dat dat tegen het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en het Europees Sociaal Handvest is. Later besloot de Hoge Raad dat 13- en 14-jarigen geen minimumloon kunnen claimen omdat zij maar een beperkt aantal uren mogen werken en bovendien alleen mogen worden ingezet voor licht werk. Veel werkgevers kiezen er voor om 13- en 14-jarigen hetzelfde te betalen als 15-jarigen.
Werken in de horeca is een veelvoorkomend vakantiebaantje. Hoewel u wellicht graag anders zou zien, heeft de werkgever geen enkele zeggenschap over de fooien die de werknemer ontvangt. U mag afdracht van de fooien of het delen van de fooien in een fooienpot niet eisen. Doet u dat toch, mag de werknemer weigeren. Het is ook niet toegestaan het salaris te minderen tot onder het minimumloon omdat de werknemer fooien ontvangt.
De werkgever moet dan wel loonbelasting en premies volks- en werknemersverzekering inhouden op het loon dat hij aan de medewerker had betaald, als zij geen fooien zouden krijgen. In het bedrag waarover de inhouding wordt berekend zit dan een gedeelte voor fooien besloten. Een medewerker die bijvoorbeeld € 1.000 euro aan loon ontvangt en aan fooien gemiddeld € 250 euro, had (zonder fooien) € 1.139,50 netto verdiend. Over dat fictieve bedrag moeten loonbelasting en premies volks- en werknemersverzekeringen geheven worden. Bovendien is er (ten minste) 8 procent vakantiebijslag verschuldigd Over het meerdere (1000+250 – 1139,50 = € 110,50 euro) wordt geen loonheffing ingehouden. Als uw medewerker in de praktijk minder fooien heeft ontvangen, kan hij het te veel aan ingehouden loonbelasting en premies terugvragen aan de belastingdienst.
Ook vakantiekrachten vallen onder het normale, Nederlandse arbeidsrecht. Alle gewoonlijke premies moeten worden ingehouden en afgedragen en de vakantiekrachten bouwen vakantiedagen op. Alleen geldt voor 13- tot 18-jarigen een aantal beperkingen. Zij worden beschermd door de Arbeidstijdenwet. Voor die groep gelden specifieke regels voor arbeids- en rusttijden. Zo kunnen zij niet gedwongen worden te werken op een schooldag en mogen zij niet alle soorten werk verrichten. De wet omschrijft hun werk als ‘lichte, niet-industriële arbeid’. Daarom mogen zij bijvoorbeeld wel werken in kantoren, winkels, horeca en in de land- en tuinbouw, maar niet in fabrieken of bij een verhuisbedrijf. Ook mogen zij klusjes doen, zoals oppassen, schoonmaken of de auto wassen. Het is vooral belangrijk dat het werk waar zij voor worden ingezet lichamelijk niet te zwaar is.
Maximaal uur per dag | Maximaal per periode | Minimale rust | Type werk | Werken op zondag | |
13 & 14 jaar | 7 | 35 per week, 3 weken achtereen.4 weken in totaal. | 14 uur tussen werkdagen | Licht, niet-industrieel. Onder toezicht | Nee |
15 jaar | 8 | 40 uur per week, 4 weken achtereen.6 weken in totaal. | 12 uur tussen werkdagen | Zelfstandig, licht, niet-industrieel | In beginsel niet |
16 & 17 jaar | 9 | 160 uur per 4 weken.45 uur per week. | 12 uur tussen werkdagen | Bijna alles. Alleen gevaarlijk werk onder toezicht | Ja |
18 jaar & ouder | 12 | 60 uur per week, over 16 weken.Gemiddeld maximaal 48 uur per week . | 11 uur tussen werkdagen | Alles | Ja |
Jongeren van 13 en 14 jaar mogen maximaal 5 dagen achter elkaar werken en mogen niet op zondag werken. Dagelijks mogen zij niet meer dan 7 uur werken. Een fulltime werkweek voor 13- en 14 jarigen bedraagt dus 35 uur. Zij mogen maximaal 3 weken achtereen fulltime werken. Ook mogen zij niet in de avond en nacht werken. Een werkdag mag alleen tussen 7 uur ’s ochtends en 19 uur ’s avonds zijn. Bovendien moet er verplicht 14 uur rust zitten tussen de werkdagen. ’s Avonds doorwerken tot 19 uur, betekent dat er de volgende dag pas om 9 uur gestart mag worden. Na 4,5 uur moeten zij verplicht een pauze nemen van ten minste een half uur. Er moet altijd onder toezicht worden gewerkt en kassawerk is op deze leeftijd nog verboden. Deze jongeren mogen wel vakken vullen.
Jongeren van 15 jaar mogen maximaal 5 dagen achter elkaar werken en mogen in beginsel niet op zondag werken. Alleen als het voor het bedrijf gebruikelijk is én met schriftelijke toestemming van ouders of voogd mag op zondag toch worden gewerkt. Dan geldt een maximum van 11 zondagen per 16 zondagen en mag alleen op zondag worden gewerkt als hij of zij de zaterdag ervoor vrij was. Jongeren van 15 mogen elk jaar maximaal 4 weken achtereen fulltime werken en 6 weken in totaal. Dagelijks mogen 15-jarigen niet meer dan 8 uur werken en wekelijks niet meer dan 40 uur. Er zit verplicht minimaal 12 uur rust tussen de werkdagen. Ook zij moeten na 4,5 uur verplicht een half uur pauze nemen. Wel mogen ze iets zelfstandiger werk doen. Zo mogen ze zelfstandig een folderwijk lopen en klanten helpen in een winkel. Let op: machinewerk is op deze leeftijd nog niet toegestaan. ’s Ochtends vroeg kranten bezorgen mag alleen als de ouders of voogd daar akkoord mee is.
Jongeren van 16 en 17 jaar mogen in 4 weken 160 uur werken, maar nooit meer dan 45 uur per week. Dagelijks mogen zij ook niet langer dan 9 uur werken. Er zit verplicht minimaal 12 uur rust tussen de werkdagen en na 7 dagen achtereen werken moet er 36 uur pauze zijn. De regels voor werken op zondag zijn vanaf deze leeftijd hetzelfde als voor meerderjarige werknemers. Ook zijn vanaf deze leeftijd bijna alle soorten werk, waaronder werk in een fabriek, toegestaan. Alleen bij gevaarlijk werk, zoals werken met zware machines, is toezicht van een meerderjarige werknemer vereist.
Mocht uw administratie gecontroleerd worden, is het belangrijk dat u kunt aantonen dat u deze regels in acht hebt genomen. Dat kan bijvoorbeeld door het bovenstaande op te nemen in de arbeidsovereenkomst of door de werknemer te laten in- en uitklokken. Eventueel kunt u vragen aan de ouders of voogd om mee te tekenen met het contract. Echter, uit rechtspraak blijkt dat als jongeren 4 weken of langer onder het contract hebben gewerkt, er vanuit mag worden gegaan dat de ouders akkoord zijn met het werk.
Net als al voor uw andere werknemers, draagt u premies af en ontvangt de werknemer een loonstrookje en een jaaropgave.
Vaste contracten bieden werknemers met de huidige regels veel bescherming, terwijl flexcontracten dat nauwelijks bieden. Dit verschil in kosten en risico’s maakt dat werkgevers vaak terughoudend zijn om werknemers in vaste dienst te nemen. Groepen werkenden belanden zo onnodig vaak in flexbanen en hebben nauwelijks perspectief op zekerheid.
De wet treedt definitief op 1 januari 2020 in werking. Dit betekent dat uw organisatie vanaf die datum te maken krijgt met nieuwe regels voor ontslag, flexwerk en het stelsel voor de WW-premie.
Een meerderheid van de Eerste Kamer is akkoord gegaan met de wet die moet zorgen voor meer evenwicht op de arbeidsmarkt tussen vaste en flexibele contracten. In de WAB zijn de volgende maatregelen opgenomen:
De verplichting voor payrollbedrijven om voor een adequate pensioenregeling te zorgen voor payrollwerknemers is uitgesteld naar 1 januari 2021. Vanaf die datum moet een payrollwerknemer een adequate pensioenregeling krijgen als deze ook geregeld is voor vergelijkbare werknemers van de inlenende werkgever of in de betreffende sector. De pensioenregeling is in ieder geval passend als de payrollwerknemer deelneemt aan de pensioenregeling van de inlener.
Neemt de payrollwerknemer niet deel aan deze pensioenregeling van de inlener, dan zullen er vaste voorwaarden gelden voor de pensioenregeling van de payrollwerkgever zelf.
Gerelateerd:
Dat becijferden het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en onderzoeksinstituut TNO. In totaal waren er vorig jaar ruim 3 miljoen flexwerkers zoals zzp-ers, oproepkrachten en mensen met een nulurencontract.
Zzp’ers en oproepkrachten waren de grootste groepen. Vorig jaar stond de teller op 1,1 miljoen zzp’ers, van wie het merendeel eigen arbeid aanbiedt. De categorieën flexwerkers die sinds 2003 het hardst zijn gegroeid zijn mensen met een zogeheten nulurencontract, zowel met een vast als een tijdelijk contract, en oproepkrachten. Daarvan waren er vorig jaar 539.000 in Nederland.
Oproepkrachten zijn vaak te vinden in de horeca waar ze banen als keukenhulpen en barpersoneel hebben. Ook in winkels en in de landbouw zijn veel oproepkrachten te vinden. Zzp’ers die eigen arbeid aanbieden zijn sterk vertegenwoordigd in creatieve beroepen. Zo zijn kunstenaars, fotografen en radio- en televisietechnici relatief vaak zzp’er.
De Vakcentrale voor Professionals (VCP) vindt het onbegrijpelijk dat er niet massaal vaste contracten worden aangeboden in de huidige krappe arbeidsmarkt.
,,Werknemers hebben behoefte aan zekerheid. Een vast contract zou de norm moeten zijn. Soms werken werknemers al jaren bij dezelfde werkgever, zonder zicht op een vast contract”, zegt voorzitter Nic van Holstein.
Ook de FNV wijst op veel onzekerheid bij werkenden over hun inkomen en toekomst, wat op den duur een grote impact heeft op de samenleving. De bond roept werkgevers op om andere keuzes te maken.
,,De flexibilisering van de arbeidsmarkt is in de afgelopen 15 jaar doorgeslagen”, aldus bestuurslid Zakaria Boufangacha.
Bron: ANP
In het Regeerakkoord 2017 werd al aangekondigd dat het ontslagrecht zou wijzigen en er een verruiming van de ketenbepaling zou gaan plaatsvinden. De wijzigingen zijn nu in het wetsvoorstel Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) gepresenteerd.