Een vergoeding, verstrekking of terbeschikkingstelling van een mobiele telefoon is gericht vrijgesteld als deze telefoon voldoet aan het noodzakelijkheidscriterium. Wat dit betekent en welke voorwaarden hiervoor gelden, leest u in deze handreiking.

Wanneer voldoet een mobiele telefoon aan het noodzakelijkheidscriterium?

  1. Noodzakelijk betekent dat de werknemer de mobiele telefoon nodig heeft om zijn dienstbetrekking goed te kunnen uitoefenen. De mate van het gebruik is daarbij niet doorslaggevend. De Belastingdienst volgt hierin het redelijke oordeel van de werkgever.
  2. De werkgever betaalt de mobiele telefoon en berekent de kosten niet door aan de werknemer.
  3. De werknemer moet de mobiele telefoon aan de werkgever teruggeven, of de restwaarde aan de werkgever betalen als hij de telefoon niet meer nodig heeft voor de dienstbetrekking.

Let op!

Als de mobiele telefoon aan het noodzakelijkheidscriterium voldoet, dan moet de werkgever de vergoeding, verstrekking, of terbeschikkingstelling hiervan aanwijzen als eindheffingsloon.

Bewijslast

Als de Belastingdienst van mening is dat het gebruik van een mobiele telefoon niet noodzakelijk is voor de uitoefening van de dienstbetrekking, dan moet de Belastingdienst dit bewijzen.
Dit is anders als de werknemer een bestuurder of een commissaris is. In dat geval geldt dat de werkgever aannemelijk moet maken dat de mobiele telefoon aan het noodzakelijkheidscriterium voldoet.

Privévoordeel

Gebruikt de werknemer de mobiele telefoon die aan het noodzakelijkheidscriterium voldoet, ook privé? Dan hoeft u het privévoordeel niet tot het loon te rekenen.

Cafetariaregeling

De gerichte vrijstelling is niet van toepassing als de mobiele telefoon onder een cafetariaregeling valt. De vrijstelling geldt namelijk alleen als de werkgever beslist dat de mobiele telefoon noodzakelijk is. Bij een cafetariaregeling bepaalt de werknemer welke voorziening hij ruilt voor belast loon of vakantiedagen.

Eigen bijdrage

Voor privégebruik mag de werkgever een eigen bijdrage in rekening brengen bij de werknemer. De gerichte vrijstelling kan dan toch van toepassing zijn. De eigen bijdrage gaat van het nettoloon af.

Voorbeelden eigen bijdrage voor privégebruik

  • De werknemer kiest voor een duurdere uitvoering van de telefoon. De werkgever mag dan een eigen bijdrage vragen voor de meerkosten. Deze eigen bijdrage moet de werknemer uit zijn nettoloon betalen.
  • De werknemer kiest voor een duurder abonnement, omdat hij voor privédoeleinden meer belminuten of een grotere databundel nodig heeft. De hogere kosten moet de werkgever dan wel specificeren. De werkgever mag dan een eigen bijdrage vragen voor de meerkosten. Deze eigen bijdrage moet de werknemer uit zijn nettoloon betalen.

Meer informatie over het noodzakelijkheidscriterium

Paragraaf 22.1.7 Handboek Loonheffingen

Wetsartikel

Artikel 31a, lid 2, onderdeel g Wet loonbelasting

Overheid, RVO, Kabinet, Belastingen, wet en regelgeving NL