Belastingplan 2023: maatregelen loonheffingen

In het Belastingplan 2023 staan een aantal voorstellen voor wijzigingen in de loonheffingen. In de ‘Memorie van toelichting Belastingplan 2023’ leest u een uitgebreide toelichting op deze voorstellen.

Hieronder vindt u de belangrijkste maatregelen voor de loonheffingen.

Verhogen onbelaste reiskostenvergoeding

Het kabinet wil het maximum van de onbelaste reiskostenvergoeding per 1 januari 2023 verhogen van € 0,19 naar € 0,21 per kilometer. Per 1 januari 2024 zal het maximum vervolgens verder worden verhoogd naar € 0,22 per kilometer.

Vervallen uitzondering op gebruikelijkloonregeling innovatieve start-ups

Per 1 januari 2023 vervalt de versoepeling voor de vaststelling van het gebruikelijk loon voor aanmerkelijkbelanghouders die werken voor start-ups.

De regeling voor start-ups geldt maximaal 3 jaar. Bij de invoering van de regeling is aangegeven dat overgangsrecht zou worden opgenomen voor bestaande gevallen in het geval dat de regeling zou worden afgeschaft. 

Aanmerkelijkbelanghouder(s) die in 2022 gebruikmaken van de regeling, kunnen op grond van dit wetsvoorstel de regeling blijven toepassen. Dit geldt voor de resterende duur waarin de aanmerkelijkbelanghouder nog gebruik kan maken van de tegemoetkoming. Dit zijn de kalenderjaren 2023 en 2024, afhankelijk van in welk kalenderjaar de regeling voor het eerst door de belastingplichtige is toegepast. Daarom stelt het kabinet voor om het overgangsrecht met ingang van 1 januari 2025 te laten vervallen.

Beperking 30%-regeling

Per 1 januari 2024 wordt de 30%-regeling voor ingekomen werknemers beperkt tot de ‘Balkenende-norm ’. Dit is in 2022 op jaarbasis € 216.000 volgens de Wet normering inkomens. De aftopping is dan van toepassing als de grondslag voor de 30%-regeling hoger is dan € 216.000. Dan mag de werkgever zonder nader bewijs maximaal € 64.800 (30% van € 216.00) onbelast vergoeden.

Er wordt een overgangsregeling voorgesteld voor ingekomen werknemers bij wie de 30%-regeling over het laatste loontijdvak is toegepast. Voor deze werknemers geldt dat de aftopping pas van toepassing is vanaf 1 januari 2026.

Per kalenderjaar keuze 30%-regeling

Het kabinet stelt voor dat de werkgever per kalenderjaar een keuze moet maken voor het vergoeden van de extraterritoriale kosten (ET-kosten) op declaratiebasis of op basis van de 30%-regeling.

Door de aftopping van de 30%-regeling in 2024 kan het aantrekkelijker worden om de 30%-regeling en de regeling voor werkelijke ET-kosten afwisselend toe te passen. Daarom wil het kabinet per 2023 expliciet maken dat de werkgever per kalenderjaar slechts 1 van beide regelingen mag toepassen.

Hierop wordt een uitzondering gemaakt voor de eerste 4 maanden van tewerkstelling in verband met het proces van aanvragen van een 30%-beschikking. De voorgestelde maatregel geldt voor alle extraterritoriale werknemers, dus voor zowel ingekomen als uitgezonden werknemers.

Verlaging premie Arbeidsongeschiktheidfonds (Aof)

Per 2023 worden de loonkosten voor bedrijven verlaagd door onder meer de premie Aof voor kleine werkgevers te verlagen van 5,49 naar 5,46%.

Verhoging vrije ruimte

De vrije ruimte in de Werkkostenregeling wordt verruimd van 1,7% naar 1,92% tot een loonsom van € 400.00. De vrije ruimte stijgt hierdoor van € 6.800 naar € 7.680 bij een loonsom van precies € 400.000.

Verhoging minimumloon

Het kabinet versnelt en vergroot de voorgenomen verhoging van het minimumloon. Per 1 januari 2023 stijgt het minimumloon met ruim 10%.

Meer informatie op rijksoverheid.nl

Overheid, RVO, Kabinet, Belastingen, wet en regelgeving NL