Standpunt:
artikel 10ea UBLB en einde looptijd 30%-regeling
De Kennisgroep Internationaal Belastingrecht IB-niet winst/LB/PH aanslag heeft een standpunt gepubliceerd over artikel 10ea UBLB en een loonbetaling in de kalendermaand waarin de 30%-regeling eindigt.
Een persoon is werknemer bij een inhoudingsplichtige en maakt gebruik van de 30%-regeling. De looptijd van de 30%-beschikking eindigt op 20 maart. De tewerkstelling van de werknemer loopt na 20 maart door. De loonbetaling van maart vindt plaats op 24 maart.
Vragen
- Is de 30%-regeling van toepassing als de looptijd van de 30%-regeling eindigt op 20 maart en de loonbetaling plaatsvindt op 24 maart?
- Is de 30%-regeling van toepassing als de looptijd van de 30%-regeling eindigt op 25 maart en de loonbetaling plaatsvindt op de 24 maart?
Antwoorden
- Nee, de 30%-regeling kan ter zake van de loonbetaling van maart niet toegepast worden. In artikel 10ea Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 (hierna: UBLB 1965) is bepaald dat het loon moet zijn genoten tijdens de looptijd van de bewijsregel.
Het genietingsmoment genoemd in de casus ligt na het einde van de looptijd. - Ja, de 30%-regeling kan ter zake van de loonbetaling van maart toegepast worden.
Het loon wordt genoten tijdens de looptijd van de bewijsregel.
De bewijsregel is echter alleen van toepassing op loon genoten tijdens de looptijd van de 30%-regeling. Op het loon dat ziet op de dagen na de 25e van die maand is de bewijsregel niet van toepassing.
Een toelichting op deze antwoorden leest u op kennisgroepen.belastingdienst.nl.