Overgangsregeling aftopping 30%-regeling
Per 2024 geldt een aftopping van de 30%-regeling voor ingekomen werknemers. Er is een overgangsregeling voor werknemers voor wie u in het laatste loontijdvak van 2022 de 30%-regeling hebt toegepast.
Vanaf 2024 geldt voor de 30%-regeling een maximumbedrag dat u gericht vrijgesteld kunt vergoeden. Dit maximumbedrag is 30% van het bedrag van de norm uit de Wet normering topinkomens (WNT-norm).
Deze aftoppingsmaatregel gaat in per 2024 en geldt voor ingekomen werknemers. Dus voor werknemers voor wie u de 30%-regeling mag toepassen op grond van een beschikking.
Overgangsregeling
Voor sommige werknemers gaat de maatregel in per 2026 op grond van een overgangsregeling. Dit geldt als u voor de werknemer de 30%-regeling hebt toegepast op het loon van het laatste loontijdvak van 2022.
Voorbeeld
Een werknemer heeft per 1 juli 2022 een geldige 30%-beschikking. De beschikking geldt voor een periode van 5 jaar (dus tot en met 30 juni 2027). Zijn jaarloon (inclusief 30%-vergoeding) bedraagt telkens € 500.000. De 30%-regeling past u toe op zijn maandloon van december 2022.
Deze werknemer kunt u tot en met 2025 een onbelaste vergoeding geven van € 150.000 per jaar (30% van € 500.000).
Met ingang van 1 januari 2026 moet u de onbelaste vergoeding maximeren (aftoppen) op 30% van het bedrag van de WNT-norm. Bij een WNT-norm van bijvoorbeeld € 220.000 is de maximale grondslag voor de 30%-regeling € 220.000. Op jaarbasis is het maximale bedrag van de onbelaste vergoeding dan € 66.000 (30% van € 220.000).
Meer informatie
Paragraaf 10.2 Nieuwsbrief Loonheffingen 2023