Tot nog toe gold de gerichte vrijstelling alleen als alle kosten voor rekening van de werkgever kwamen. Als de werknemer een eigen bijdrage voor privégebruik betaalde, voldeed een werkgever volgens de Belastingdienst niet meer aan het noodzakelijkheidscriterium.
Dit standpunt geldt niet meer. De gerichte vrijstelling kan van toepassing zijn als de werknemer een eigen bijdrage voor privégebruik betaalt.
Het internetabonnement moet wel voldoen aan de voorwaarden voor noodzakelijke voorzieningen. U leest meer over deze voorwaarden in paragraaf 20.1.7 van het Handboek Loonheffingen 2020.
Het nieuwe standpunt staat nog niet in de 1e uitgave van het Handboek Loonheffingen 2021 die binnenkort verschijnt.
Bron: belastingdienst.nl
Welke gerichte vrijstellingen gelden voor de werkplek thuis?
Over de auteur