Een werkgever moet voor elk afzonderlijk loonbestanddeel een keuze maken tussen werknemersloon of eindheffingsloon werkkostenregeling. Op welk moment moet hij deze keuze maken? Wat als hij geen keuze maakt?
In deze handreiking vindt u meer informatie hierover.
Uiterlijk kiezen op genietingsmoment
Een werkgever maakt de keuze tussen eindheffingsloon en werknemersloon uiterlijk op het moment van vergoeden, verstrekken of ter beschikking stellen. Hij hoeft dus niet vooraf – bijvoorbeeld aan het begin van het jaar – te kiezen.
De keuze blijkt bijvoorbeeld uit de administratie, waarin de werkgever de vergoeding, verstrekking of terbeschikkingstelling opneemt als eindheffingsloon of als werknemersloon. Deze keuze hoeft hij niet bij de Belastingdienst te melden.
De werkgever kan niet met terugwerkende kracht loon aanwijzen als eindheffingsloon. Heeft de werkgever een keuze gemaakt, dan is die keuze definitief.
In de situatie dat de werkgever per ongeluk een verkeerde keuze heeft gemaakt, mag hij deze wel aanpassen. Bijvoorbeeld als hij een vergoeding als eindheffingsloon heeft behandeld terwijl hij met de werknemer had afgesproken dat dit werknemersloon zou zijn. Hij herstelt de fout door de aangifte te corrigeren en de administratie aan te passen.
Geen keuze gemaakt
Heeft de werkgever het loon niet aangewezen als werknemersloon of eindheffingsloon, dan gaat de Belastingdienst ervan uit dat het loon:
- werknemersloon is als het genoten is in een vorig kalenderjaar
- eindheffingsloon is als het loon genoten is in het lopende kalenderjaar en voldaan is aan de gebruikelijkheidstoets
Als een werkgever voldoet aan de voorwaarden en grensbedragen van de gerichte vrijstellingen, gaat de Belastingdienst ervan uit dat hij die vergoedingen, verstrekkingen en terbeschikkingstellingen heeft aangewezen als eindheffingsloon.
Altijd werknemersloon of eindheffingsloon
Sommige loonbestanddelen zijn verplicht werknemersloon of eindheffingsloon. Meer informatie hierover vindt u in paragraaf 10.1.3 Handboek Loonheffingen.