In deze handreiking leest u wat u moet doen als u aan een werknemer parkeergelegenheid vergoedt, verstrekt of ter beschikking stelt.
Welke regels van toepassing zijn, hangt af van de vraag of de werknemer met zijn eigen auto of met een auto van de zaak reist. Als de werknemer met zijn eigen auto reist, lees dan hoofdstuk 1. Reist de werknemer met een auto van de zaak, lees dan hoofdstuk 2.
1. De werknemer reist met zijn eigen auto
Een werkgever kan parkeergelegenheid onbelast ter beschikking stellen als de parkeergelegenheid zich op de werkplek bevindt. Hiervoor geldt een nihilwaardering.
Werkplek
Er is sprake van een werkplek als aan 2 voorwaarden is voldaan:
1. De werknemer verricht arbeid op de werkplek. Het begrip ‘werkplek’ wordt heel ruim opgevat. Ook de parkeerplaats en parkeergarage op het bedrijfsterrein vallen onder het begrip werkplek. 2. De werkgever is arboverantwoordelijk voor de werkplek.
Arboverantwoordelijk
Een werkgever is arboverantwoordelijk voor een parkeervoorziening als hij hier een zorgplicht voor heeft in de zin van artikel 7:658 Burgerlijk Wetboek. De zorgplicht kan blijken uit een arboplan of een risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E). Als door nalatigheid van de werkgever bijvoorbeeld de auto van de werknemer beschadigd raakt, kan de werknemer zijn werkgever met succes aansprakelijk stellen.
Parkeren op het bedrijfsterrein van de werkgever
Een parkeerplaats of parkeergarage op het bedrijfsterrein van de werkgever voldoet aan bovenstaande 2 voorwaarden van de werkplek. Hiervoor geldt dus een nihilwaardering. De werkgever kan deze parkeergelegenheid onbelast ter beschikking stellen.
Parkeren op andere plekken
Ligt de parkeerplaats of -garage niet op het bedrijfsterrein van de werkgever? Dan moet u nagaan of de werkgever hiervoor arboverantwoordelijk is. Is dat het geval, dan geldt een nihilwaardering als de werknemer zijn auto daar parkeert in het kader van zijn werkzaamheden. De werkgever kan de parkeergelegenheid dan onbelast ter beschikking stellen.
Is de werkgever niet arboverantwoordelijk voor de parkeerplaats of –garage?
Dan is het vergoeden, verstrekken of ter beschikking stellen van de parkeergelegenheid loon van de werknemer voor zover dit loon samen met een kilometervergoeding hoger is dan € 0,19 per kilometer. De parkeergelegenheid waardeert u op de waarde in het economische verkeer of de factuurwaarde. De werkgever mag dit loon aanwijzen als eindheffingsloon.
Let op!
Geeft de werkgever een vergoeding voor parkeerkosten? Dan is de nihilwaardering niet van toepassing. De vergoeding is dan loon van de werknemer voor zover dit loon samen met een kilometervergoeding hoger is dan € 0,19 per kilometer. De werkgever mag dit loon aanwijzen als eindheffingsloon.
Parkeren bij de woning van de werknemer
De woning van de werknemer is uitgezonderd van het begrip werkplek. Het vergoeden, verstrekken en ter beschikking stellen van parkeergelegenheid in of bij de woning van de werknemer is daarom belast. De werkgever mag dit loon aanwijzen als eindheffingsloon.
2. De werknemer reist met een auto van de zaak
Als een werkgever parkeergelegenheid vergoedt, verstrekt of ter beschikking stelt aan een werknemer met een auto van de zaak, dan is sprake van intermediaire kosten. Intermediaire kosten zijn geen loon voor de werknemer. De werkgever kan dit daarom onbelast doen.
Parkeren bij de woning van de werknemer
Ook een parkeervergunning of stalling op naam van de werknemer voor parkeergelegenheid bij zijn woning zijn intermediaire kosten. De parkeergelegenheid moet dan wel alleen gebruikt kunnen worden voor de auto van de zaak. Kan deze parkeergelegenheid ook gebruikt worden voor andere vervoermiddelen? Dan is het vergoeden, verstrekken of ter beschikking stellen van deze parkeergelegenheid loon voor de werknemer. De werkgever mag dit loon aanwijzen als eindheffingsloon.
Wetsartikelen
artikel 1.2, lid 1 onderdeel f UR LB 2011
artikel 3.7, lid 1, onderdeel a URLB 2011
Meer informatie
Parkeergelegenheid: hoofdstuk 23.10 Handboek Loonheffingen
Intermediaire kosten: hoofdstuk 4.12.2 Handboek Loonheffingen