De beleidsmaatregelen en aanvullende verdragsbepalingen hebben een tijdelijk karakter en zullen daarom worden ingetrokken zodra de omstandigheden dit mogelijk maken.
Vanwege de aanhoudende financiële effecten van de coronacrisis heeft het kabinet besloten een aantal fiscale maatregelen te verlengen.
Tot 1 april 2021 kunnen de bestaande vaste reiskostenvergoedingen door de werkgever nog onbelast worden vergoed, ook al worden deze reiskosten als gevolg van het thuiswerken niet meer (volledig) gemaakt. De goedkeuring geldt niet voor de 30%-regeling (extraterritoriale kosten) en ziet verder alleen op vaste vergoedingen waarop de werknemer uiterlijk op 12 maart 2020 een onvoorwaardelijk recht kreeg c.q. zijn keuze heeft gemaakt (bijvoorbeeld bij een cafetariasysteem).
De actuele stand van zaken kunt u vinden op belastingdienst.nl.
Wijzigingen in de aangifte loonheffingen 2021
Formulier ‘Melding Loonheffingen Afmelding werkgever’ beschikbaar
Nieuwsbrief Loonheffingen 2021
3e ‘Nieuwsbrief Loonheffingen 2021’ gepubliceerd
BELANGRIJKSTE WIJZIGINGEN BELASTINGEN 2021 pdf
Het kabinet verbetert de toegang voor starters tot de woningmarkt. Vanaf 2021 betalen woningkopers jonger dan 35 jaar, die een huis kopen en daar zelf in gaan wonen, eenmalig geen overdrachtsbelasting. Dat scheelt hen 2% van de aankoopprijs. Vanaf 1 april 2021 geldt de aanvullende voorwaarde dat de woning niet duurder mag zijn dan € 400.000. Kopers van 35 jaar of ouder die in de woning gaan wonen betalen 2%. Andere kopers, zoals beleggers, gaan 8% betalen.
Spaarders en kleine beleggers met een vermogen tot € 50.000 (of € 100.000 met fiscaal partner) betalen vanaf 2021 geen belasting meer over dat vermogen. Het tarief van de belasting gaat wel iets omhoog van 30% naar 31%. Het aantal kleine spaarders en beleggers dat box 3-belasting betaalt daalt hierdoor met bijna 1 miljoen mensen. En het betekent dat iedereen met spaargeld of belegd vermogen tot € 220.000 (of € 440.000 met fiscaal partner) daarover minder belasting gaat betalen.
Door de verhoging van de arbeidskorting uit 2022 een jaar naar voren te halen, gaat werken komend jaar meer lonen. Zowel werknemers als zelfstandigen profiteren hiervan. Deze verhoging komt bovenop een al eerder geplande verhoging voor 2021. De algemene heffingskorting gaat € 126 omhoog. In 2021 daalt het basistarief in de inkomstenbelasting van 37,35% naar 37,10%. Tot slot wordt ook de ouderenkorting verhoogd.
In 2021 gaat de maximale inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) met € 66 omlaag naar € 2.815. Door een uitspraak van de Hoge Raad krijgt een ruimere groep co-ouders recht op de IACK. Om de IACK betaalbaar te houden, verlaagt het kabinet daarom eenmalig deze korting in 2021.
Internationaal vliegen wordt in tegenstelling tot de auto, bus of trein nu niet belast, maar levert tegelijkertijd wel een bijdrage aan de (wereldwijde) uitstoot. Daarom wordt per 1 januari 2021 een vliegbelasting ingevoerd. Luchthavens zullen dan per passagier die vanaf een Nederlandse luchthaven vertrekt, de belasting aan de luchtvaartmaatschappij in rekening brengen. Het tarief van de vliegbelasting voor 2021 is nu na correctie voor inflatie definitief vastgesteld op € 7,845.
Ook de CO2-heffing voor de industrie gaat in. De heffing stimuleert bedrijven op verstandige wijze om te verduurzamen.
De overheid stimuleert milieuvriendelijker rijden. De CO2-grenzen en tarieven in de bpm voor personenauto’s worden per 1 januari 2021 aangescherpt passend bij de technologische ontwikkeling van personenauto’s.
Belastingontwijking wordt volgend jaar verder aangepakt. Zo gaat de bronbelasting op rente en royalty’s in. Met deze bronbelasting van 25% worden betalingen naar landen die geen of te weinig belasting heffen door Nederland belast en wordt ook de doorstroom via ons land tegengegaan.
Intermediairs zoals belastingadviseurs, accountants en financiële instellingen zijn vanaf 1 januari 2021 verplicht om grensoverschrijdende constructies die gebruikt kunnen worden om belasting te ontwijken bij de Belastingdienst te melden. Dit zijn fiscale constructies waarbij inwoners van verschillende landen zijn betrokken en die mogelijk gebruikt kunnen worden om belasting te ontwijken.
Multinationals zullen eerlijker worden belast, met oog voor het vestigingsklimaat. Juist in economisch zware tijden is het belangrijk dat sommige bedrijven niet méér mogelijkheden hebben om hun belastingdruk te verlagen dan andere. Het verrekenen van verliezen bij bedrijven wordt daarom per 2021 beperkt.
Meer MKB-bedrijven gaan in de komende jaren het lagere vpb-tarief betalen. Vanaf 2021 geldt het lage tarief van 15% voor winsten tot € 245.000 in plaats van € 200.000.
De zelfstandigenaftrek wordt de komende jaren stapsgewijs afgebouwd. Per 1 januari 2021 wordt de zelfstandigenaftrek daarbij verlaagd van € 7.030 naar € 6.670. Hiermee wil het kabinet de fiscale verschillen tussen zelfstandigen en werknemers kleiner maken.
Het kabinet stimuleert bedrijven om investeringen te doen met een nieuwe investeringskorting, de Baangerelateerde Investeringskorting (BIK). Deze tijdelijke regeling zorgt ervoor dat bedrijven ook in deze tijden blijven investeren in bijvoorbeeld nieuwe machines.
De regeling geldt voor investeringen in 2021 of 2022. Bij grote investeringen in een jaar is de korting tot € 5 miljoen 3,9%, daarboven 1,8%. Bedrijven kunnen de investeringskorting verrekenen met de af te dragen loonheffing. De mogelijkheid om als ‘fiscale eenheid’ gebruik te maken van de BIK, gaat pas later in. De Europese Commissie moet dit specifieke onderdeel nog goedkeuren. Als na deze goedkeuring de mogelijkheid om als ‘fiscale eenheid’ gebruik te maken van de BIK gaat gelden, is dit met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2021. Als die goedkeuring onverhoopt niet komt, zullen de percentages van de BIK met terugwerkende kracht tot 1 januari 2021 worden verhoogd. Bij grote investeringen in een jaar wordt de korting tot € 5 miljoen in dat geval 5%, daarboven 2,08%.
Sigaretten, rooktabak en sigaren worden in 2020 duurder. Zo wordt een pakje van 20 sigaretten wordt per 1 januari 12 cent duurder. Een pakje shag van 50 gram wordt per 1 januari 30 cent duurder.
Minimumloon in 2021, per leeftijd, per dag, per uur
eHerkenning 1 verdwijnt vanaf 1 juli 2021
Nieuwsbrief Loonheffingen 2021
Rekenregels per 1 januari 2021
Percentages Zvw 2021 en maximum bijdrage-inkomen bekend
Het webinar werd georganiseerd door de Belastingdienst en heeft op 30 september plaatsgevonden. Het ging onder andere over de gevolgen van de coronamaatregelen voor de loonheffingen, inkomsten- en vennootschapsbelasting en de invordering.
Hieronder leest u de vragen en antwoorden.
1. Een werknemer krijgt een vaste reiskostenvergoeding van € 0,08 per kilometer op basis van de 214-dagenregeling. Hij werkt sinds de coronamaatregelen vanuit huis. In december 2020 geeft de werknemer aan dat hij het individueel keuzebudget (IKB) wil inzetten voor een aanvullende reiskostenvergoeding. Kan de werkgever onbelast uitruilen tot € 0,19 per kilometer op basis van de 214-dagenregeling?
De werkgever mag de goedkeuring uit het besluit alleen toepassen als de werknemer zijn keuze voor de uitruil vóór 13 maart 2020 heeft gemaakt.
In dit geval geldt de goedkeuring uit het besluit niet.
De werknemer mag alleen uitruilen op basis van 214 dagen als aan het einde van het jaar blijkt dat hij in 2020 meer dan 128 dagen werkelijk heeft gereisd. Heeft hij minder dan 128 dagen gereisd, dan mogen alleen de werkelijke reisdagen uitgeruild worden.
2. Werknemers kunnen meerdere keren per jaar uitruilen. In het salarissysteem moet de werknemer de keuze iedere keer opnieuw maken. Mag een werknemer het hele jaar onbelast uitruilen tot € 0,19 per kilometer als hij al 2 maanden heeft uitgeruild vóór 13 maart 2020?
Nee. De werkgever mag de goedkeuring voor uitruil uit het besluit alleen toepassen voor de keuzes die de werknemer vóór 13 maart 2020 heeft doorgegeven. Omdat de werknemer meerdere keren per jaar de keuze moet maken, geldt de goedkeuring niet voor de keuzes die hij na deze datum doorgeeft.
3. Een werknemer heeft vóór 13 maart 2020 digitaal doorgegeven dat ze wil uitruilen tot € 0,19 per kilometer. Ze heeft nog niet aangegeven of ze de uitruil maandelijks wil toepassen of aan het einde van het jaar. Kan de werkgever de goedkeuring uit het besluit toepassen?
Ja. Het besluit ziet op reiskostenvergoedingen waarop de werknemer een onvoorwaardelijk recht had vóór 13 maart 2020. Dit geldt als de werkgever en werknemer vóór die datum zijn overeengekomen dat de werknemer zijn IKB in 2020 gaat uitruilen tegen een onbelaste reiskostenvergoeding. De werkgever is in dat geval op 13 maart 2020 verplicht tot de uitruil. Alleen het moment van uitruilen stond nog niet vast.
4. De werkgever betaalt een vaste reiskostenvergoeding van € 0,12 per kilometer. Een werknemer maakt gebruik van de mogelijkheid om uit te ruilen tot € 0,19 per kilometer voor een aanvullende reiskostenvergoeding. De werkgever zet de reiskostenvergoeding tijdelijk stop vanaf 1 mei tot 1 oktober 2020, omdat de werknemer thuiswerkt. Wat is de fiscale ruimte over deze periode?
Als de werknemer zijn keuze voor deze uitruil vóór 13 maart 2020 heeft gemaakt, kan de werkgever de goedkeuring uit het besluit toepassen op de aanvullende reiskostenvergoeding.
Op basis van het besluit mag de werknemer € 0,19 per kilometer uitruilen over de periode 1 mei tot 1 oktober. De fiscale ruimte bedraagt dan 214 x € 0,19 x aantal kilometers minus de reiskostenvergoeding die de werknemer al heeft ontvangen in het kalenderjaar.
5. Hoe moet je de 128 dagen toetsen in verband met de onbelaste uitruil tot € 0,19 per kilometer tegen een eindejaarsuitkering op basis van 214 dagen?
Als de goedkeuring uit het besluit niet van toepassing is, mag de werknemer alleen uitruilen op basis van 214 dagen als hij kan aantonen dat hij daadwerkelijk 128 dagen gereisd heeft in 2020.
6. Werknemers krijgen een reiskostenvergoeding van € 0,19 per kilometer tot maximaal 100 kilometer per dag. Het meerdere mag de werknemer onbelast uitruilen tot € 0,19 per kilometer via een cafetariaregeling. Uitruil is alleen mogelijk voor de werkelijk gereden kilometers waarvoor de werknemer geen vergoeding ontvangt. Kan dit ook nog als de werknemer na 13 maart 2020 verhuist en meer zakelijke kilometers rijdt?
Het antwoord op deze vraag is afhankelijk van de feiten en omstandigheden. U kunt hiervoor vooroverleg aanvragen.
7. De werknemers ontvangen een reiskostenvergoeding op basis van de werkelijk gereden kilometers. Kan de werknemer onbelast uitruilen tot € 0,19 per kilometer met de eindejaarsuitkering, ook al is de overeenkomst na 13 maart getekend?
In dit geval is de goedkeuring uit het besluit niet van toepassing. De werkgever mag altijd een reiskostenvergoeding geven voor de werkelijk gereisde kilometers. De werknemer kan dan brutoloon uitruilen tot € 0,19 per werkelijk gereisde kilometer. Meer over reiskostenvergoedingen leest u in hoofdstuk 21 Handboek Loonheffingen.
8. Een werknemer heeft vóór 13 maart de keuze gemaakt voor onbelaste uitruil tot € 0,19 per kilometer van een reiskostenvergoeding voor het hele jaar op basis van 5 reisdagen per week. Per 1 juni heeft de werknemer een contract voor 4 dagen per week. Mag hij dan nog uitruilen op basis van de 214-dagenregeling? Of moet de werkgever vanaf 1 juni uitgaan van de werkelijke reisdagen?
De werkgever kan de goedkeuring uit het besluit blijven toepassen op de uitruil voor een reiskostenvergoeding op basis van 5 reisdagen. Dit geldt als er een onvoorwaardelijk recht bestond vóór 13 maart 2020. Dit recht wijzigt niet na 12 maart, alleen het aantal werkdagen van de werknemer. De goedkeuring vervalt hierdoor niet. Het kan zijn dat de werkgever de reiskostenvergoeding naar beneden bijstelt. Fiscaal gezien is dat niet vereist.
9. De werkgever heeft op 1 januari 2020 een applicatie ingericht waarin de werknemer op basis van de 214-dagenregeling reiskosten onbelast kan uitruilen tot € 0,19 per kilometer. De vaste werkdagen en de kilometervergoeding zijn hierin vastgelegd voor het hele jaar. De werknemer kiest zelf of hij maandelijks uitruilt of aan het eind van het jaar. Is in deze situatie sprake van een onvoorwaardelijk recht op uitruil op basis van het ingevoerde reispatroon?
Dit is afhankelijk van de feiten en omstandigheden.
Het besluit ziet alleen op reiskostenvergoedingen waarop de werknemer vóór 13 maart 2020 een onvoorwaardelijk recht had. Hiervan is sprake als de werkgever en de werknemer vóór die datum zijn overeengekomen dat de werknemer zijn IKB in 2020 uitruilt tegen een onbelaste reiskostenvergoeding. De goedkeuring uit het besluit kan de werkgever ook toepassen als het moment waarop de uitruil gaat plaatsvinden nog niet vaststaat. Zie het antwoord op vraag 3.
Handboek LoonheffingenBesluit noodmaatregelen coronacrisis
Opname webinar ‘Fiscale gevolgen coronamaatregelen ‘
Webinar corona: antwoorden gebruikelijk loon
Webinar corona: antwoorden algemene vragen
Webinar corona: antwoorden buitenlandse situaties
Zo heeft het kabinet de aangekondigde verlaging van de vennootschapsbelasting voor grote bedrijven geschrapt om wat geld vrij te maken voor het bestrijden van de coronacrisis. De verlaging van het tarief van de vennootschapsbelasting voor kleinere bedrijven gaat wel door.
Voor zelfstandigen ligt een belangrijke maatregel in het verschiet, blijkt ook uit het Belastingplan 2021. De geliefde zelfstandigenaftrek wordt versneld afgebouwd en zakt volgend jaar naar 6.670 euro. Dat is 360 euro minder dan dit jaar.
Behalve nieuwe fiscale maatregelen zijn er ook speciale coronamaatregelen die ondernemers verlichting moeten brengen. Een aantal van deze belastingmaatregelen verlengt het kabinet tot eind dit jaar.
Hieronder een overzicht van de belastingmaatregelen voor ondernemers in 2021 en de coronasteun voor de kortere termijn.
Het kabinet wilde aanvankelijk het hoge tarief van de vennootschapsbelasting verlagen, maar dat plan gaat niet door. Het hoge tarief voor het belastbare bedrag winst blijft 25 procent. Dit tarief geldt vanaf 2021 voor een winst van meer dan 245.000 euro.
Hiermee wil het kabinet “financiële ruimte creëren om juist nu de economie te versterken”, staat in een samenvatting van het Belastingplan 2021.
Het kabinet lijkt mkb-bedrijven een hart onder de riem te willen steken. Het lage tarief van de vennootschapsbelasting van 16,5 procent daalt naar 15 procent per 1 januari 2021. Bovendien komen meer mkb-bedrijven straks in aanmerking voor dit lage tarief.
Het late tarief geldt nu voor winsten tot 200.000 euro, dat zal in 2021 245.000 euro zijn.
In 2022 zal de grens verder worden opgehoogd naar 395.000 euro.
Op Prinsjesdag 2019 kondigde het kabinet al een verhoging aan van het belastingtarief van de ‘innovatiebox’.
Deze speciale tariefbox is in het leven geroepen voor bedrijven die innoverende producten of diensten leveren. Alle winsten die worden behaald met innovatie, vallen in deze box waar ze met een lager tarief worden belast. Niet 25 procent of 16,5 procent, maar 7 procent.
Het effectieve tarief voor de innovatiebox gaat per 1 januari 2021 echter omhoog naar 9 procent.
Het kabinet ziet graag bedrijven die investeringen doen en stimuleert dat met een nieuwe investeringskorting die in 2021 ingaat. De baangerelateerde investeringskorting (BIK) houdt in dat als bedrijven investeren in bijvoorbeeld een nieuwe machine, ze een korting krijgen die wordt verrekend via de loonheffing.
De regering heeft het plan nog niet helemaal uitgewerkt en details volgen nog.
Het kabinet heeft een hele rits belastingmaatregelen getroffen voor bedrijven om de coronacrisis het hoofd te bieden. Een aantal wordt verlengd. Hieronder een greep uit de maatregelen waarmee ondernemers te maken kunnen hebben. Bekijk hier het hele overzicht.
Tijdens de coronacrisis verleent de Belastingdienst uitstel van betaling van belasting. Je kunt uitstel van belasting aanvragen tot 1 oktober 2020, waarmee het uitstel loopt tot uiterlijk 31 december 2020.
De terugbetaling van uitgestelde belastingen loopt vanaf 1 januari 2021 nog maximaal 24 maanden.
Bedrijven die wel op tijd aangifte doen over 2020 kunnen hun verlies verrekenen met de winst over 2019.
Het verwachte verlies over 2020 dat verband houdt met de coronacrisis, mag je aftrekken door een ‘coronareserve’ aan te leggen. Het bedrag dat wordt toegevoegd aan de coronareserve mag niet hoger zijn dan de winst uit 2019. Met deze reserve kan een (lagere) voorlopige aanslag over 2019 worden aangevraagd.
De invorderingsrente waarmee je te maken krijgt bij een te laat betaalde aanslag, bedraagt normaliter 4 procent. Op 23 maart werd deze teruggeschroefd naar 0,01 procent en dit tarief geldt tot en met 31 december 2021.
De belastingrente die de fiscus in rekening brengt bij een onjuiste of te laat ontvangen aangifte, is bij de vennootschapsbelasting voor bedrijven in normale tijden 8 procent.
Ook deze rente is vanwege de coronacrisis op 0,01 procent gezet en dat tarief geldt tot 1 oktober 2020. Vanaf die datum gaat de belastingrente voor alle belastingen, dus ook de vennootschapsbelasting, naar 4 procent en dat geldt tot 31 december 2021.
Werkgevers hebben een aantal administratieve verplichtingen als zij nieuwe mensen aannemen. De Belastingdienst verleent uitstel tot 31 december 2020.
Als werkgever mag je onbelaste vergoedingen aan werknemers geven, zoals bijvoorbeeld een tablet of kerstpakket waar ze ook privé voordeel van hebben.
Het totale bedrag aan vergoedingen mag normaliter in 2020 niet boven 1,7 procent van de eerste 400.000 euro van de loonsom van alle medewerkers samen uitkomen. Boven de 400.000 euro geldt het percentage van 1,2 procent.
In de coronacrisis is het percentage van 1,7 procent opgeschroefd naar 3 procent zodat werkgevers hun personeel op de een of andere manier tegemoet kunnen komen. De verruiming geldt tot 31 december 2020.
Het gebruikelijk loon, ofwel het minimale loon dat een directeur-grootaandeelhouder moet opgeven bij de Belastingdienst, mag bij een omzetdaling worden verlaagd. Dit geldt tot 31 december 2020.
Bedrijven die gebruikmaken van de TOGS- en TVL-regeling hoeven hierover geen belasting te betalen. De einddatum hiervoor is nog niet bekend. De TOGS (Tegemoetkoming schade COVID-19) is een eenmalige tegemoetkoming van 4.000 euro voor ondernemers die direct zijn getroffen door de coronacrisis, bijvoorbeeld omdat ze hun deuren moesten sluiten.
De TVL (Tegemoetkoming Vaste Lasten) is een vergoeding van maximaal 50.000 euro voor het betalen van de vaste lasten voor ondernemers in de hardst getroffen sectoren.
Bron:Belastingdienst/BI
De staatssecretarissen Vijlbrief en Van Huffelen van Financiën hebben in mei een overzicht van de maatregelen en wetsvoorstellen naar de Eerste Kamer en Tweede Kamer gestuurd, die naar verwachting zullen worden opgenomen in het Belastingplan 2021. Bij het overzicht dient te worden aangetekend dat de inhoud van het pakket Belastingplan 2021 pas kort voor Prinsjesdag stilstaat en tot die tijd nog kan wijzigen.
Er wordt nog hard gewerkt aan het pakket Belastingplan 2021 die op 1 januari in werking treedt.
Eerder dit jaar informeerde het ministerie dat het pakket naast de wetsvoorstellen Belastingplan 2021 en Overige fiscale maatregelen 2021 een wetsvoorstel zal bevatten met de eerste verbeteringen en alternatieven op weg naar een beter en menselijker systeem binnen het toeslagenstelsel. Daarnaast wordt mogelijk een aantal fiscale coronamaatregelen in een wetsvoorstel in het pakket opgenomen.
Het ministerie had wel een geactualiseerde lijst van fiscale wetsvoorstellen die naar verwachting later dit jaar bij de Tweede Kamer worden ingediend. De exacte inhoud wordt pas vastgezet vlak voor Prinsjesdag, waardoor het pakket Belastingplan 2021 nog kan veranderen voor die tijd.
De voorstellen die er op dit moment liggen zijn:
Bron: Belastingdienst